Expositie “Drie jaar, drie maanden, drie weken”
75 jaar na het begin van de bezetting geeft Bureau Discriminatiezaken Zaanstreek/Waterland de toenmalige Zaanse joden weer een gezicht door middel van de tentoonstelling Drie jaar, drie maanden, drie weken.
Op 14 januari 1942 dwong de nationaalsocialistische bezetter de Zaandamse joden om, als eersten in Nederland, naar het Amsterdamse getto te verhuizen. In de maanden daarna werden ook de acht andere Zaangemeenten ‘Judenrein’ gemaakt. Op 5 mei 1945 – drie jaar, drie maanden en drie weken na dat eerste bevel – mochten de overlevende joden zich voor het eerst weer openlijk op straat vertonen. Drie jaar, drie maanden en drie weken waren de joodse inwoners van de Zaanstreek verdwenen uit het straatbeeld. Van hen zouden er zelfs ruim 180 nooit meer terugkeren naar hun woningen. Ze waren vermoord door de nazi’s.
Het Bureau Discriminatiezaken toont van 14 januari tot 5 mei 2015 in alle negen voormalige Zaanse gemeenten drie panelen. Op deze panelen zijn achtereenvolgens de verhalen te lezen van:
- Een joods huishouden of een joodse inwoner uit de betreffende plaats in de jaren 1940-1945;
- Een joodse onderduiker in diezelfde gemeente;
- De toenmalige plaatselijke leefomstandigheden van de joodse gemeenschap en/of de hulpverlening ter plaatse.
De verhalen worden begeleid door foto’s van de genoemde personen, oorlogsdocumenten, etc. Daarnaast worden de geschiedenissen belicht van de meer dan 440 joodse onderduikers die tussen 1942 en 1945 een schuilplaats vonden in de Zaanstreek. Een algemene introductietekst fungeert als inleiding voor de expositie.
De teksten op de 28 panelen in Zaanstad, Wormer en Oostzaan worden aangevuld met een boekje dat bezoekers aan de tentoonstelling kunnen meenemen. Daarin staan niet alleen de namen van alle om het leven gebrachte Zaanse joden, maar ook persoonlijke oorlogsverhalen, alsmede achtergrondinformatie over de antisemitische maatregelen en hun gevolgen gedurende de bezetting. Alle locaties waar de panelen te bezichtigen zijn worden eveneens in het boekje vermeld. Daardoor is het mogelijk om per (brom-)fiets of auto een route uit te zetten langs de panelen.
De tentoonstelling krijgt een plek in openbare gebouwen zoals buurtcentra, bibliotheken en gemeentehuizen. Sommige plekken hebben een zeer directe relatie met de oorlogsgeschiedenis, omdat er joodse Zaankanters leefden of onderduikers zaten.
Voor meer informatie kunt u terecht bij Bureau Discriminatiezaken.